De opkweek van aardbeiplanten bij Kapteijns is gericht op het ras “Elsanta”, het belangrijkste ras voor de West-Europese markt. Kapteijns levert twee typen aardbeiplanten: verse en wachtbedplanten.
De verse planten zijn nakomelingen (uitlopers) van speciaal door Kapteijns geselecteerde moederplanten (EE-planten) en worden voornamelijk verkocht aan professionele aardbeitelers. Deze telers planten de verse planten direct op hun eigen bedrijf en kunnen het volgende seizoen aardbeien produceren.
Wanneer verse aardbeiplanten direct worden uitgeplant, ontstaan wachtbedplanten. Deze gaan in november/december in winterrust, waarna Kapteijns ze rooit en op een temperatuur van minus 1,5°C verpakt in houten of plastic kisten. Hierdoor zijn de planten voor langere tijd houdbaar. Wachtbedplanten worden verkocht aan telers om een goede oogstspreiding te krijgen en om gedurende een langere periode aardbeien te kunnen oogsten (de zgn. ‘gekoelde teelt’).
Preiplanten
Preiplanten groeien uit preizaad. Verreweg het grootste deel van de preiplanten die Kapteijns opkweekt, zijn de zgn. ‘losse planten’.
De teelt van prei is verdeeld in drie teeltperioden, zomer-, herfst- en winterprei. Deze perioden worden weer onderverdeeld in ‘vroeg’ en ‘laat’, waardoor de plantperiode voor prei loopt van begin maart tot begin augustus. Om preiplanten op tijd plantbaar te hebben, maakt Kapteijns gebruik van verschillende vervroegingsmethoden (kassen, kleine tunnels of vlakveldsbedekking). Kapteijns teelt en levert alle soorten planttypen, voor elke gewenste plantperiode en kan derhalve vrijwel continue leveren.
De wijze waarop preiplanten worden opgekweekt, is bepalend voor de prijs ervan. Zo zijn preiplanten uit de kas het duurst vanwege de handmatige oogst, de arbeidsintensieve teelt en relatief hoge kosten. ‘Koude planten’ die buiten groeien, zijn daarentegen het goedkoopst.
